De introductie die Baggili speelde, dat was zowaar de hemel die even open ging. We dachten: daar doen we dit dus voor! Het was slechts het eerste van vele prachtige momenten waar deze klassenbakken ons op vergastten. Het gemak waarmee Baggili de moeilijkste partijen speelt op gitaar en ud is verbluffend. Dat is enkel de hele groten gegeven. Je ziet en hoort misschien hetzelfde bij een Paco De Lucia, maar Paco's stijl is hoekiger, o.i.v. de duende.
Baggili is coulanter, maar even expressief, even zangerig, minstens zo creatief. De perfectie voelt bij Baggili nooit koud aan, zoals dat bij gitaristen van de Amerikaanse school (Al DiMeola, John McLaughlin) soms het geval is. Zo speelde hij dadelijk na de pauze enkele bijzonder sterke stukken, solo of met Osvaldo, uit Douar, met name Lua, Clochette en Gato Preto. Uit die cd vlak voor de pauze ook het merkwaardige ,,dansje van de grootmoeders'', Racset Siti.
Maar het meeste werk kwam natuurlijk uit de Cuatro con Cuatro cd. Het bleek nogmaals hoe sterk de composities zijn, of het nu Septime betrof, of Zayak, een tune die je meezingt naar huis toe. De twee odes aan de kampioen van de jeet kune do (vorm van kung fu) en Hong Kong movie star Bruce Lee, werden niet vergeten, eerst Mr. Lee 2: Be Water My Friend en later Mr. Lee.
Vreemde helden heeft Baggili, maar we treden hem bij als hij beweert dat Lee een dichter was met oosters filosofische trekjes, die er goed uitkomt vergeleken met de gladde en holle perfectie van gestileerde prenten als Crouching Tiger, Hidden Dragon en The House Of The Flying Daggers! Een optreden waar helemaal niets op aan te merken valt.is niet van deze wereld, maar hier moeten we toch héél ver zoeken.
We misten (misschien.) nog de piano van Nathalie Loriers die de cd op twee nummers magistraal kleurt, maar wellicht speelt ze nog wel hier en daar mee. In elk geval gaan ze ons nog wel vaker zien op een concert van Karim Baggili!
Antoine Légat