Een intieme jazzclub, daar heeft het stationsbuffet waar wij het Karim Baggili Quartet aan het werk zien veel van weg: kleine ronde tafeltjes met een dik wit tafelkleed waarrond koppeltjes dicht bijeenkruipen.
Karim Baggili, pas dertig, is een Belgische autodidactische componist en gitarist met Jordaans - Joegoslavische roots. Op zijn twintigste begint hij zich te verdiepen in de flamencogitaar en even later schaft hij zich een ud aan, een Arabische luit. Die twee instrumenten, die Baggili met de nodige virtuositeit bespeelt, vormen de basis van 's mans composities waarin hij flamenco en oriëntaalse muziek op avontuurlijke wijze laat flirten met jazz - wanneer heeft u voor het laatst nog een jazzsolo op dwarsfluit gehoord? Dit laatste komt op conto van Philippe Laloy, de enige oudgediende in dit jonge ensemble. Cellist Simon Lenski, de opzwiepende kuif van DAAU, en percussionist Frédéric Malempré speelden deze nacht voorhet eerst mee met Baggili.
Geen van beiden hoef je nog iets te leren over hun instrument, en hun debuut bij het kwartet zorgde voor een voelbare dynamiek die het concert die extra drive meegaf. Tel daarbij nog het gastoptreden van pianiste Nathalie Loriers op, de leading lady van de Belgische jazz, en het resultaat is een breed spanningsveld waarbinnen een gejaagde Slavische hartslag het bloed in alle richtingen stuwt - van nerveuze, opzwepende jazz naar trieste flamenco en terug.
Baggili tapte gisteren uit verschillende vaatjes, maar wat zijn kwartet ons serveerde klonk zelden of nooit troebel. En daar nemen wij graag onze hoed voor af.
TAZETTE - 28 juli 2006, Stationsbuffet, Pepe